Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zoem·toon
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zoemtoon zoemtonen
verkleinwoord zoemtoontje zoemtoontjes

Zelfstandig naamwoord

de zoemtoonm

  1. een geluid van een bepaalde toonhoogte met een zoemende kwaliteit
    • Zou het kunnen zijn dat het de brandstofpomp is die zo'n irritante zoemtoon produceert? 


Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
91 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be