zoöloge
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zo·o·lo·ge
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zoöloge | zoöloges |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de zoöloge v
- vrouwelijke vorm van zoöloog
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord 'zoöloge' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.