• zij·ka·naal
enkelvoud meervoud
naamwoord zijkanaal zijkanalen
verkleinwoord zijkanaaltje zijkanaaltjes

het zijkanaalo

  1. een kanaal dat een aftakking is van het hoofdkanaal
    • Het kanaal heeft een tweetal zijkanalen waarlangs enige industrie gevestigd is. 
97 % van de Nederlanders;
95 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be