ziektekostenstelsel

  • ziek·te·kos·ten·stel·sel
enkelvoud meervoud
naamwoord ziektekostenstelsel ziektekostenstelsels
verkleinwoord

het ziektekostenstelselo

  1. de manier waarop men de ziektekosten bepaalt en betaalt
    • Het lijkt alsof PvdA-minister Bos vooral op de winkel mag passen die voorgaande jaren door het CDA en de VVD is ingericht. Alle maatregelen die zorgden voor aantasting van het vertrouwen, blijven vrijwel ongewijzigd overeind: het marktgerichte ziektekostenstelsel, de oneerlijke herkeuringen voor WAO'ers, de aanbestedingen in de thuiszorg, de grootschaligheid in het onderwijs, enzovoorts, enzovoorts. [1] 
    • De Nederlandse regering voerde in 2006 het nieuwe ziektekostenstelsel in. Daarbij verdween onder meer het onderscheid tussen ziekenfonds (dat qua verzekeringspakket te vergelijken is met de basisverzekering) en de particuliere verzekering. Toen wisselde 20 procent van de Nederlanders van zorgverzekeraar. In de jaren daarna daalde het aantal overstappers naar ongeveer 4 procent. [2] 
    • Het Republikeinse wetsvoorstel voorziet in de bijna volledige afschaffing van Obamacare, en werd opgesteld in samenspraak met de Trump-regering. De belangrijkste wijziging is dat Amerikanen niet meer verplicht verzekerd hoeven te zijn voor ziektekosten. Boetes voor onverzekerden komen te vervallen. Het nieuwe ziektekostenstelsel moet de overheid minder geld gaan kosten. [3]