zie neer
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zie neer
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
neerzien |
zie (…) neer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neerzien
- Ik zie neer.
- gebiedende wijs van neerzien
- Zie neer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neerzien
- Zie je neer?
Gangbaarheid
- Het woord zie neer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.