• ze·ven·oog
enkelvoud meervoud
naamwoord zevenoog zevenogen
verkleinwoord zevenoogje zevenoogjes

de zevenoogv / m

  1. (medisch) karbonkel, een groep samenvloeiende steenpuisten
    • Zo'n zevenoog kan flink pijn veroorzaken. 
72 % van de Nederlanders;
77 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be