Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zelf·be·oor·de·ling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zelfbeoordeling zelfbeoordelingen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de zelfbeoordelingv

  1. een verklaring waarin men het eigen functioneren aan een oordeel onderwerpt
    • Een realistische zelfbeoordeling heeft echter veel voordelen. 

Gangbaarheid