Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zalm·kwe·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zalmkweker zalmkwekers
verkleinwoord zalmkwekertje zalmkwekertjes

Zelfstandig naamwoord

de zalmkwekerm

  1. (beroep) iemand die zalm grootbrengt voor de consumptie
    • Het vereist een goede kennis van zake om een succesvol zalmkweker te zijn. 

Gangbaarheid