zaakbelasting
- zaak·be·las·ting
- samenstelling van zaak en belasting
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zaakbelasting | zaakbelastingen |
verkleinwoord | zaakbelastinkje | zaakbelastinkjes |
- de belasting die geheven wordt over roerende en/of onroerende zaken
- Jaarlijks moet de zaakbelasting worden betaald.
- Het woord zaakbelasting staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.