Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zaag·bank
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zaagbank zaagbanken
verkleinwoord zaagbankje zaagbankjes

Zelfstandig naamwoord

zaagbank m/v

  1. een bank waarop het hout ligt tijdens het doorzagen
    • De zaagbank hield het hout op z'n plek. 
  2. een bank met hierop een mechanische zaag gemonteerd
    • Bij de zaagbank waren er ten behoeve van de veiligheid maatregelen genomen. 

Gangbaarheid