winput
- win·put
- samenstelling van win ww en put zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | winput | winputten |
verkleinwoord | winputje | winputjes |
de winput m
- plaats waar men iets kan oppompen of opdelven
- Het woord 'winput' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "winput" herkend door:
39 % | van de Nederlanders; |
34 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be