Nederlands

 
Hemideina crassidens  , mannetje
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • we·ta
enkelvoud meervoud
naamwoord weta weta's
verkleinwoord wetaatje wetaatjes

Zelfstandig naamwoord

weta

  1. (rechtvleugeligen) rechtvleugelige uit de groep van verschillende families (Anostostomatidae  , Rhaphidophoridae  ) van insecten die behoren tot de rechtvleugeligen, meer specifiek tot de krekels (Ensifera). De meeste soorten zijn endemisch in Nieuw-Zeeland. Ook komen er soorten voor in Australië, Afrika, zuid- en Midden-Amerika. Weta's zijn relatief grote insecten

Gangbaarheid

Meer informatie