welling

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  welling    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• wel·ling

Woordherkomst en -opbouw

• naamwoord van handeling van wellen met het achtervoegsel -ing

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	welling	wellingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de welling v

1. het opborrelen uit een bron
2. pap
3. gebogen stuk hout

Gangbaarheid

• Het woord welling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "welling" herkend door:

65 %	van de Nederlanders;
68 %	van de Vlamingen.