welgesteldheid

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  welgesteldheid    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• wel·ge·steld·heid

Woordherkomst en -opbouw

• afleiding van welgesteld met het achtervoegsel -heid

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	welgesteldheid
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de welgesteldheid v

1. de mate waarin men is voorzien van ruime financiële middelen, de mate van in goede doen zijn

Synoniemen

• gegoedheid, bemiddeldheid

Gangbaarheid

• Het woord welgesteldheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.