Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • weg·split·sing
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord wegsplitsing wegsplitsingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de wegsplitsingv

  1. (verkeer) een plaats waar een weg zich in twee of meer richtingen vertakt
    • Dat ligt voorbij de wegsplitsing. 

Meer informatie

Gangbaarheid