wees na
- wees na
vervoeging van |
---|
nawijzen |
wees na
- enkelvoud verleden tijd van nawijzen
- Ik wees na.
- Jij wees na.
- Hij, zij, het wees na.
- Ik wees na.
- Het woord wees na staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
vervoeging van |
---|
nawijzen |
wees na