waterschout
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: waterschout (hulp, bestand)
Woordafbreking
- wa·ter·schout
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van water en schout
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | waterschout | waterschouten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de waterschout m
- rijksambtenaar met opsporingsbevoegdheid, die o.a. belast is met het toezicht op de monstering van zeelieden.
Gangbaarheid
- Het woord waterschout staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.