warmterecord
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- warm·te·re·cord
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van warmte zn en record zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | warmterecord | warmterecords |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het warmterecord o
- (meteorologie) de hoogst gemeten temperatuur bij de gegeven omstandigheden
- ▸ Muggen, hooikoorts, vlinders: we brengen ze in verband met het voorjaar, pollen en warme zomers. Toch wordt er nu al volop melding van gemaakt. De oorzaak laat zich raden: het zachte weer van de afgelopen periode, met het ene gesneuvelde warmterecord na het andere.[1]
- ▸ Het landelijke warmterecord voor Oudejaarsdag is gesneuveld. Bij het KNMI in De Bilt steeg de temperatuur vannacht tot 14,4 graden. Dat is 0,7 graden meer dan het oude record uit 2017.[2]
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord warmterecord staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Zacht winterweer schudt muggen, vlinders en hooikoortspatiënten wakker” (MAANDAG 3/1/2022), NOS
- ↑ Weblink bron “Warmste Oudejaarsdag sinds begin meting, 'superzachte' nacht in aantocht” (VRIJDAG 31/12/2021), NOS