warmt op
- warmt op
vervoeging van |
---|
opwarmen |
warmt (…) op
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opwarmen
- Jij warmt op.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opwarmen
- Hij warmt op.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van opwarmen
- Warmt op!
- Het woord warmt op staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.