waranda
- wa·ran·da
- uit het Maleis [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | waranda | waranda's |
verkleinwoord | warandaatje | warandaatjes |
- overdekte, halfopen aanbouw aan een huis
- Daar schreef hij de teksten op de waranda van zijn huis, een koel glas Bintangbier onder handbereik. ’s Avonds vermaakte hij zijn collega’s en kennissen in sociëteit De Harmonie in Djakarta met zijn liedjes. [2]
- Het ontwerp ‘Een Groen Portaal’ van bureau Witpaard kreeg 42,01 procent van de stemmen, het plan ‘Waranda Wierden’ van KCO slechts 3,49 procent. [3]
- Als landbouwers die na het werk op een waranda samenkomen en, het ritme tikkend met hun voeten, gitaar, tamboerijn en mondharmonica spelen. [4]
- Het woord waranda staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "waranda" herkend door:
52 % | van de Nederlanders; |
41 % | van de Vlamingen.[5] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC Henk van Gelder 15 juni 2015 Plezierdichter van trioletten, villanelles en sonnetten
- ↑ Tubantia 14-03-12 ‘Welkom Wierden’ winnend ontwerp
- ↑ NRC Hester Carvalho 3 juli 2008 Hoog en ijl komen de stemmen aanwaaien
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be