• vrij·mi·bo
enkelvoud meervoud
naamwoord vrijmibo vrijmibo's
verkleinwoord vrijmibootje vrijmibootjes

de vrijmibom

  1. informele ontmoeting als afsluiting van de werkweek
     Anekdotes vanaf de werkplek, doorverteld in de bedrijfskantine of bij de vrijmibo? Meh. Sorry hoor, die zijn niet altijd even boeiend.[1]
  1.   Weblink bron
    Robert van Gijssel
    “Kostelijke anekdotes en tenenkrommende toproddels: waarom de verhalen uit de muziekindustrie het leukst zijn” (28 januari 2018)