vraten uit
- Geluid: vraten uit (hulp, bestand)
- IPA: / ˈvratə(n) ˈœyt / (3 lettergrepen)
- vra·ten uit
vervoeging van |
---|
uitvreten |
vraten (…) uit
- meervoud verleden tijd van uitvreten
- Wij vraten uit.
- Jullie vraten uit.
- Zij vraten uit.
- Wij vraten uit.
- Het woord vraten uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.