vouwlijn
- vouw·lijn
- samenstelling van vouw ww en lijn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vouwlijn | vouwlijnen |
verkleinwoord | vouwlijntje | vouwlijntjes |
- een lijn waarlangs men makkelijk kan of moet vouwen; het kan ook de lijn zijn waarlangs al gevouwen is
- Bij tijdschriften worden de bladen meestal dubbelgevouwen en worden de nietjes in de vouwlijn aangebracht.
- Het woord 'vouwlijn' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vouwlijn" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be