• voor·zegd
  • vervoeging van voorzeggen: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel (van het scheidbare werkwoord), op te vatten als samenstelling van  voor bw  en  zegd ww 
vervoeging van: voorzeggen…
verbogen vorm: voorzegde

voorzegd

  1. voltooid deelwoord van voorzeggen