voorovergebogen
- voor·over·ge·bo·gen
- vervoeging van vooroverbuigen: voltooid deelwoord, op te vatten als samenstelling van voorover bw en gebogen ww
vervoeging van: | vooroverbuigen… |
verbogen vorm: | voorovergebogene |
voorovergebogen
- voltooid deelwoord van vooroverbuigen
stellend | |
---|---|
onverbogen | voorovergebogen |
verbogen |
voorovergebogen
- met de rug naar voren gekromd en het gelaat naar beneden gericht
- Toen verliet hij voorovergebogen, zijn rug gekromd, de Tweesprong en begon de weg te volgen die hem door Damaaf van de Roodhoofden was aangewezen. [1]
- Het woord voorovergebogen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Herzen, FrankDe zoon van de woordbouwer 1970 ISBN 9062805450 pagina 119