vijlde aan
- Geluid: vijlde aan (hulp, bestand)
- vijl·de aan
vervoeging van |
---|
aanvijlen |
vijlde (...) aan
- enkelvoud verleden tijd van aanvijlen
- Ik vijlde aan.
- Jij vijlde aan.
- Hij, zij, het vijlde aan.
- Ik vijlde aan.
- Het woord 'vijlde aan' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.