vijfentachtigjarige
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vijfentachtigjarige (hulp, bestand)
- IPA: / ˈvɛifənˌtɑxtəxˌjarəɣə / (7 lettergrepen)
Woordafbreking
- vijf·en·tach·tig·ja·ri·ge
Woordherkomst en -opbouw
- bn: vijfentachtigjarig bn met de uitgang -e
- zn: afgeleid van vijfentachtigjarig bn met het achtervoegsel -e
Bijvoeglijk naamwoord
vijfentachtigjarige
- verbogen vorm van de stellende trap van vijfentachtigjarig
- De vulkaan werd weer actief na een vijfentachtigjarige periode zonder uitbarstingen.
Schrijfwijzen
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vijfentachtigjarige | vijfentachtigjarigen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- levend wezen dat 85 jaar oud is of iets dat 85 jaar bestaat
- De vijfentachtigjarige heeft zijn vijf jaar jongere echtgenote tijdens zijn studie in Deventer leren kennen.
Schrijfwijzen
Gangbaarheid
- Het woord 'vijfentachtigjarige' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.