viel terug
- Geluid: viel terug (hulp, bestand)
- viel te·rug
vervoeging van |
---|
terugvallen |
viel terug
- enkelvoud verleden tijd van terugvallen
- Ik viel terug.
- Jij viel terug.
- Hij, zij, het viel terug.
- Ik viel terug.
- Het woord viel terug staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.