Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vet·rand
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vetrand vetranden
verkleinwoord vetrandje vetrandjes

Zelfstandig naamwoord

vetrand m [1]

  1. een zichtbare hoeveelheid vet die aan de buitenkant van een stuk vlees zit
    • Maar als hij in de winkel ligt, hoe herkennen we dan een goede ham? „Die vier delen van de achterpoot die ik net noemde, zie je terug in het vlees. Ook zit er een vetrandje aan de buitenkant van de ham.” [2] 
    • Vervang koffiemelk door echte melk. Minder vet maar met voedingsstoffen. Drinkt u alleen thee en wijn? Dan krijgt u te weinig vocht binnen. Wat u drinkt bestaat voornamelijk uit vloeibare suiker. Deze alleen al zouden het 'vetrandje' kunnen veroorzaken waar u over schrijft. Als u geen suiker meer zou toevoegen in uw thee en de wijn zou laten staan (niet gezond, maakt dik en droogt uit) is dat vetrandje binnen twee weken weg. [3] 

Gangbaarheid

94 % van de Nederlanders;
91 % van de Vlamingen.[4]


Verwijzingen