• ver·schalkt
  • vervoeging van verschalken: de stam met de uitgang -t, zonder ge- vanwege voorvoegsel
vervoeging van
verschalken

verschalkt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verschalken
    • Jij verschalkt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verschalken
    • Hij verschalkt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verschalken
    • Verschalkt! 
vervoeging van: verschalken…
verbogen vorm: verschalkte

verschalkt

  1. voltooid deelwoord van verschalken