• ver·ar·ming
enkelvoud meervoud
naamwoord verarming verarmingen
verkleinwoord - -

de verarmingv

  1. het verarmen
    • Opmerkelijk nieuws uit Rusland was dat afgevaardigden van de gemeente Gagarinsky in Moskou de oorlog tegen Oekraïne afkeuren. Volgens de Britse omroep BBC had men Vladimir Poetin een brief geschreven met het verzoek de troepen onmiddellijk terug te trekken. De parlementsleden beschrijven de invasie van Oekraïne als een ‘ramp’ en een weg ‘naar de degradatie en verarming van het land’.[2] 
94 % van de Nederlanders;
94 % van de Vlamingen.[3]