• veld·on·der·zoek
enkelvoud meervoud
naamwoord veldonderzoek veldonderzoeken
verkleinwoord veldonderzoekje veldonderzoekjes

het veldonderzoeko [1]

  1. onderzoek in het open veld; onderzoek in de buitenlucht; onderzoek waarbij de onderzoeker zelf naar het te onderzoeken object gaat
     Preston besefte verder dat je met veldonderzoek nooit de hele curve te pakken zou krijgen, omdat je nooit elk individu in een gebied te zien kreeg.[2]
     Constant Swinkels doet veldonderzoek in de Ooijpolder. Door een deel te maaien en een deel niet, kijkt hij waar de insecten blijven als de begroeiing verdwijnt.[3]
     Voor het onderzoek gingen deskundigen naar het Chinese Wuhan om uit te zoeken hoe het virus is ontstaan. De Nederlandse viroloog Marion Koopmans was daar ook bij. Aan het eind van het veldonderzoek in China werd al een persconferentie gehouden. Daar werd door een Chinese onderzoeker gezegd dat het virus verscheidene bronnen kon hebben, maar dat het waarschijnlijk afkomstig is van dieren.[4]
  2. onderzoek naar de praktijk van iets


  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Waarom zijn er zoveel soorten” (2016), Atlas Contact  , ISBN 9789045031422
  3.   Weblink bron “Meerderheid EU-milieuministers stemt voor natuurherstelwet” (Dinsdag 20 juni 2023, 12:26), NOS
  4.   Weblink bron “Duitsland gaat vaccin Spoetnik-V gebruiken bij goedkeuring EMA” (19 mrt. 2021), De Telegraaf