veesten
- vees·ten
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
veesten |
veestte |
geveest |
zwak -t | volledig |
- onovergankelijk winden laten, ruften
de veesten mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord veest
- Het woord veesten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "veesten" herkend door:
6 % | van de Nederlanders; |
19 % | van de Vlamingen.[4] |