vaktest
- vak·test
- samenstelling van vak zn en test zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vaktest | vaktesten |
verkleinwoord | vaktestje | vaktestjes |
de vaktest m
- een proeve van bekwaamheid betreffende een beroep
- „Om een NVM-stempel te krijgen, moet je een proeve ‘kennis van de lokale markt’ afleggen, ergens in Nederland. Vervolgens mag je overal in het land gaan makelen. Makelaarsland heeft één of twee makelaars die het hele land bedienen. Dat is raar. Als ik mijn vaktest in Amsterdam haal, weet ik natuurlijk niks van de woningmarkt in Zeeland.” [1]
- Het woord 'vaktest' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vaktest" herkend door:
85 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ NRC Oscar Vermeer 28 oktober 2006 ‘Niet gewend aan helderheid’
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be