vaatje
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- [1], [2] vaat·je
- [3] va·tje
Woordherkomst en -opbouw
- [1] vat met het achtervoegsel -je met klinkerverlenging /ɑ/ naar /a/
- [2] vaat met het achtervoegsel -je
- [3] va met het achtervoegsel -tje gespeld met aa vanwege de uitspraak
Zelfstandig naamwoord
het vaatje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vat
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vaat
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord va
Hyponiemen
- [1] pepervaatje, zoutvaatje
Gangbaarheid
- Het woord vaatje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vaatje" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be