uitpluizen
- Geluid: uitpluizen (hulp, bestand)
- uit·plui·zen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
uitpluizen |
ploos uit |
uitgeplozen |
klasse 2 | volledig |
uitpluizen [2]
- overgankelijk iets dat niet duidelijk is tot in detail uitzoeken
- Ik ploos uit hoe de som in elkaar zat.
- Het woord uitpluizen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "uitpluizen" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ uitpluizen op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be