trekkebenen
- Geluid: trekkebenen (hulp, bestand)
- IPA: /ˈtrɛkəˌbenə(n)/
- trek·ke·be·nen
- Samenstellende afleiding van de stam van trekken en been met het achtervoegsel -en met het invoegsel -e- [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
trekkebenen |
trekkebeende |
getrekkebeend |
zwak -d | volledig |
trekkebenen
- mank lopen; bewegen met een stijf of pijnlijk been
- De heelmeester ontbrandde in edele toorn, vroeg het believen van Willem, zette het been zoals de jeugdige aristocraat hem voorschreef, en het gevolg was dat Willem altoos trekkebenen ging en nooit meer paard kon rijden. [2]
- trekbenen (verouderd)
- Het woord trekkebenen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "trekkebenen" herkend door:
60 % | van de Nederlanders; |
68 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Paape, G.; P.J. Buijnsters, (ed.)Het leven en sterven van een hedendaags aristocraat. (1985) Thespa, Amsterdam; ISBN 9021405547; p. 31; geraadpleegd 2015-05-21
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be