toebedelen
- Geluid: toebedelen (hulp, bestand)
- toe·be·de·len
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
toebedelen |
bedeelde toe |
toebedeeld |
zwak -d | volledig |
toebedelen
- ditransitief een deel aan iemand toewijzen
- Hij kreeg ook een paar centen toebedeeld, maar het leeuwendeel ging aan zijn neus voorbij.
- ▸ Deze slangenman kreeg direct de trailnaam Rattlesnake toebedeeld en toen ik een beetje was bekomen van de schrik vroeg ik of ik de slang ook even mocht vasthouden.[1]
- Het woord toebedelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "toebedelen" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be