tiger

Cornisch

enkelvoud	meervoud
tiger	tigres, tigri

Zelfstandig naamwoord

tiger m

1. (roofdieren) tijger

Deens

Zelfstandig naamwoord

tiger g

1. (roofdieren) tijger

Verwijzingen

• tiger in:
  Det Danske Sprog- og Litteraturselskab
  Den Dankse Ordbog op website:ordnet.dk

Engels

Uitspraak

• Geluid:  tiger (VS)    (hulp, bestand)
• IPA: /'taɪgə(r)/

enkelvoud	meervoud
tiger	tigers

Zelfstandig naamwoord

tiger

1. (roofdieren) tijger

   «The tiger is a member of the Felidae family.»

   De tijger behoort tot de Felidae-familie.

Hyperoniemen

• feline

Hyponiemen

• Bengal tiger, Siberian tiger, Indochinese tiger, Malayan tiger, Sumatran tiger, South China Tiger

Verwante begrippen

katachtigen in het Engels:

•  Bengal tiger  
•  cat  
•  cheetah  
•  cougar  
•  hyena  
•  jaguar  
•  leopard  
•  lion  
•  lynx  
•  mountain lion  
•  ocelot  
•  panther  
•  puma  +

Fries

Zelfstandig naamwoord

tiger g

1. (roofdieren) tijger

Noors

Zelfstandig naamwoord

tiger m

1. (roofdieren) tijger

Verbuiging

	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	tiger	tigeren	tigere, tigre, tigrer	tigerne tigrene
genitief	tigers	tigerens	tigeres, tigres, tigrers	tigernes tigrenes

Nynorsk

Zelfstandig naamwoord

tiger m

1. (roofdieren) tijger

Verbuiging

	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	tiger	tigeren	tigrar	tigrane
genitief	tigers	tigerens	tigrars	tigranes

Sloveens

Zelfstandig naamwoord

tiger m

1. (roofdieren) tijger

Slowaaks

Zelfstandig naamwoord

tiger m

1. (roofdieren) tijger

Zweeds

Uitspraak

• Geluid:  tiger    (hulp, bestand)

Zelfstandig naamwoord

tiger g

1. (roofdieren) tijger

Verbuiging

tigers	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	tiger	tigern	tigrar	tigrarna
genitief	tigers	tigerns	tigrars	tigrarnas

Werkwoord

tiger

1. Tegenwoordige tijd van tiga