therapiehond
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- the·ra·pie·hond
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van therapie en hond
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | therapiehond | therapiehonden |
verkleinwoord | therapiehondje | therapiehondjes |
Zelfstandig naamwoord
de therapiehond m
- een hond die gebruikt wordt als behandeling van een patiënt
- Dierondersteunde therapie (DOT) maakt gebruik van therapiehonden.
Gangbaarheid
- Het woord 'therapiehond' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.