• the·ra·peu·te
enkelvoud meervoud
naamwoord therapeute therapeuten
therapeutes
verkleinwoord - -

de therapeutev

  1. (medisch) (beroep) vrouwelijke vorm van therapeut
99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be