theocentrisch
- theo·cen·trisch
stellend | |
---|---|
onverbogen | theocentrisch |
verbogen | theocentrische |
theocentrisch
- (filosofie), (religie) God als het middelpunt van de schepping beschouwend
- Hij was geen voorstander van een theocentrische levensbeschouwing.
- Het woord 'theocentrisch' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.