• te·rug·pom·pen

terugpompen

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
terugpompen
pompte terug
teruggepompt
zwak -t volledig
  1. terugbrengen naar waar iets vandaan is gekomen
    • Het overgrote deel van de gegeneerde welvaart komt echter niet bij de eilandbewoners terecht, maar wordt teruggepompt in de immer uitdijende toerisme-industrie. [1] 
    • Als de boel is uitgehard wil Dura Vermeer begin april het water uit de 'bouwbadkuip' gaan terugpompen naar het Smidswater. [2] 
  1. HP de Tijd ARNOUT LE CLERCQ 25 JAN 2019 De Malediven verdwijnen, maar onze consumptiedrift niet
  2. Tubantia Angelique Mulders 12-01-17 'Bouwvijver' straks domein van duikers