tatoeëerder

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  tatoeëerder    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ta·toe·eer·der

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van tatoeëren met het achtervoegsel -der

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	tatoeëerder	tatoeëerders
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de tatoeëerder m

1. (beroep) iemand die tatoeages aanbrengt op andermans lichamen

Gangbaarheid

• Het woord tatoeëerder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.