synes
- sy·nes
- Afkomstig van het Oudnoorse woord sýnast.
Naar frequentie | 314 |
---|
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | synes |
tegenwoordige tijd | synes syns |
verleden tijd | syntes |
voltooid deelwoord |
syntes synes syns |
onvoltooid deelwoord |
|
lijdende vorm | |
gebiedende wijs | synes syns |
vervoegingsklasse | onregelmatig |
opmerking |
synes
- werkwoord met -s, overgankelijk bedoelen, denken, menen, vinden
- «Hva synes du om dette?»
- Hoe denkt u hierover?
- «Hva synes du om dette?»
- werkwoord met -s, onovergankelijk verschijnen, te zien zijn
- «Arrene synes ikke når han har t-skjorte på.»
- De littekens zijn niet te zien wanneer hij het T-shirt aanheeft.
- «Arrene synes ikke når han har t-skjorte på.»
- [1]: synes synd på noen
mededogen met iemand hebben