swami
  • swa·mi
  • Leenwoord uit het Hindi, in de betekenis van ‘hindoegodsdienstonderwijzer’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1984 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord swami swami's
verkleinwoord

de swamim

  1. (religie) hindoe leermeester uit India
     Ondanks de voorspelling van de heilige vonden de schatzoekers alleen wat menselijke botten en bakstenen. De zoektocht begon op 18 oktober in de deelstaat Uttar Pradesh. Swami Shobhan Sarkar had tegen een minister gezegd dat een voormalige Indiase koning in een droom aan hem was verschenen en de locatie van een schat ter waarde van omgerekend ruim 37 miljard euro had onthuld. Uit geologisch onderzoek zou zijn gebleken dat er zware metalen in de grond bij het fort zaten. Dat, in combinatie met de voorspelling van de swami, was voor de autoriteiten genoeg reden alles op alles te zetten om de schat te vinden.[3]
     De geboortedatum van de man zou inmiddels gecheckt zijn in de registers van een tempelcomplex in zijn woonplaats. Daar stond, net als in zijn identiteitsbewijs, de datum 8-8-1896 vermeld achter zijn naam. Maar onduidelijk is vooralsnog of de Swami uit de tempel de nog steeds levende Swami is. Dat met 100 procent zekerheid en op een onafhankelijke manier vaststellen is bijna onmogelijk.[4]
41 % van de Nederlanders;
25 % van de Vlamingen.[5]
  1. "swami" in:
    Sijs, Nicoline van der
    , Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org
    ; ISBN 90 204 2045 3
  2. swami op website: Etymologiebank.nl
  3.   Weblink bron “India staakt zoektocht naar 'droomschat' van 37 miljard” (15-11-2013), Tubantia
  4.   Weblink bron
    Tom Tates
    “In 1896 geboren monnik doet gooi naar titel oudste mens ooit: ‘Mijn geheim is nooit seks en veel yoga’” (08-10-2019), Tubantia
  5.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be