superfluïditeit
- su·per·flu·i·di·teit
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | superfluïditeit | superfluïditeiten |
verkleinwoord | - | - |
superfluïditeit
- (natuurkunde) het verschijnsel dat een vloeistof in het geheel geen viscositeit vertoont
1.
- Het woord 'superfluïditeit' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.