succubus
  • suc·cu·bus
  • uit het Latijn [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord succubus succubi
verkleinwoord

de succubusm

  1. (mythologie) een vrouwelijke demon die zich voedt met de energie en/of het mannelijke zaad van haar slachtoffers
     De thriller vertelt over een getrouwde alcoholist die vreemd gaat. Maar langzaam maar zeker komt hij er achter dat de vrouw met wie hij dat gedaan heeft een succubus is, een demon die zich voedt met zijn energie.[2]
27 % van de Nederlanders;
26 % van de Vlamingen.[3]
  1. succubus op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron “Verhoeven maakt bovennatuurlijke thriller” (15 oktober 2010), Het Parool
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be