stuipachtig
- Geluid: stuipachtig (hulp, bestand)
- stuip·ach·tig
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | stuipachtig | stuipachtiger | stuipachtigst |
verbogen | stuipachtige | stuipachtigere | stuipachtigste |
partitief | stuipachtigs | stuipachtigers | - |
stuipachtig
- gelijkend op, of eigenschappen hebbend van een stuip
- De man maakte stuipachtige bewegingen toen hij de slappe lach kreeg bij het zien van de komiek.
- Het woord stuipachtig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.