stolpen
- stol·pen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
stolpen |
stolpte |
gestolpt |
zwak -t | volledig |
- met een stolp bedekken
de stolpen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord stolp
- Het woord stolpen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "stolpen" herkend door:
85 % | van de Nederlanders; |
84 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- stol·pen
Naar frequentie | 30329 |
---|
stolpen
- nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van stolpe
- stol·pen
stolpen
- nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van stolpe